Page 26 - Demo
P. 26
26 Kouwe DrukteScandinavische schaatsen 4n de periode 1850-1880 volgen met name in de steden de ontwikkelingen op schaatsgebied elkaar steeds sneller op, zeker ook in de noordelijke landen. Er waaien niet alleen vernieuwingen over uit het buitenland, ook de Scandinavi%u00ebrs zelf komen met slimme vondsten.Doelmatige modellenWe zagen al dat er in 1858 een vertaling in het Zweeds verscheen van The Art of Skating uit 1852. Daarin rekent George Anderson (Cyclos) van de Glasgow Skating Club af met de traditionele schaats met korte hak. Hij is voorstander van de club skate, een model kunstschaats met afgeronde uiteinden en een uitgewerkte voetstapel die nauw aansluit bij de zool van de schoen.Axel Gabriel Theorell en Johan Erik Cederblom,twee jonge studenten Techniek uit Uppsala, hadden Cyclos%u2019 boekje niet nodig. Ze lieten in 1856 de plaatselijke smid Barthelson geheel metalen kunst- %u00e9n toerschaatsen maken. De schenkels van beide modellen liepen door tot iets achter de hakplaat, die evenals de voetplaat was voorzien van een klemmechanisme. Een jaar later legden ze op het toermodel de tachtigkilometer af vanuit hun woonplaats naar Stockholm, iets wat destijds als een waar huzarenstuk werd gezien en te boek staat als de vroegst gedocumenteerde afstandstocht uit de geschiedenis van het Zweedse schaatsen. Sinds 1999 wordt over grofweg dezelfde route de Vikingar%u00e4nnet voor toerrijders gehouden.De toerschaatsen van Theorell en Cederblom worden beschouwd als de voorloper van de %u2018Balcken%u2019, de militaire schaats die rond de eeuwwisseling zo gewild werd onder Zweedse tochtrijders.SchaatsgekteIn Amerika hadden de eerste voorbodes van de skating mania, de grote schaatsrage, zich al voor 1862 aangekondigd. Europa bleef niet achter. Dankzij de opkomst van onder andere de internationale spoorwegen en de ge%u00efllustreerde bladen, werden lezers snel ge%u00efnformeerd over nieuwe ontwikkelingen elders. Zo stond er in deDeense Illustreret Tidende van 10 februari 1861 een sfeerverslag van een schaatsfeestje in het Bois de Boulogne in Parijs. Onder invloed van de Russische graaf en gravin Morny, beide uitstekende schaatsers, had keizer Lodewijk Napoleon - en met hem zijn hele gevolg - de smaak flink te pakken gekregen. Uit de tekst werd duidelijk dat zelfs keizerin Eug%u00e9nie, een Spaanse die nog nooit eerder had gereden en daarom les kreeg van een talentvolle Belgische schilder, zich prima vermaakte op haar schaatsen.Het voorbeeld werd opgepikt in Scandinavi%u00eb: in januari 1862 werd in Stockholm de %u2018Kungliga Skridskoklubben%u2019 opgericht met koning Karl XV als beschermheer. De toegang tot de baan in een beschutte baai tussen Kastell- en Skeppsholmen was voorbehouden aan het koninklijk hof en een beperkt aantal militairen E burgers uit de allerhoogste kringen. De gewone man bleef buiten clubverband rijden op Riddarholmsfj%u00e4rden of op de binnenste delen van Nybroviken.In hetzelfde jaar verschenen er ook in Kopenhagen dames en heren uit de betere kringen op de Castelsgraven (slotgracht).IKastellholmen, tekening van Gustaf Wilhelm PalmIllustrerad Tidning 22 februari 1862Krulschaatsen zijn in de mode.